Passieve veredeling: repareren of productie zonder te veel te betalen

Waarom zou u meer invoerrechten betalen dan nodig is? Precies, daar is geen logische reden voor te bedenken. Om niet te veel te betalen, kunt u optimaal gebruikmaken van douaneregelingen. De regeling passieve veredeling is een voorbeeld hiervan. Met passieve veredeling kunt u goederen uitvoeren naar een land buiten de Europese Unie, de goederen daar (bijvoorbeeld) laten repareren of produceren en vervolgens alleen over de toegevoegde waarde als gevolg van de behandeling in het derde land invoerrechten betalen. In deze bijdrage is beschreven hoe deze regeling werkt.

Passieve veredeling

Passieve veredeling is de tegenhanger van actieve veredeling. Bij actieve veredeling kunt u goederen onder douanetoezicht bewerken en/of verwerken, waarbij de invoerrechten worden geschorst. U betaalt daarna invoerrechten over de geplaatste goederen of eindproducten op het moment dat u de goederen in het vrije verkeer brengt. Bij passieve veredeling voert u goederen uit naar een derde land, laat u de goederen daar veredelen – reparatie, bewerking en/of productie – en voert u ze vervolgens weer in de Europese Unie (hierna: “EU”) in. Doordat de goederen bij uitvoer onder de regeling passieve veredeling zijn geplaatst, kunt u de goederen vervolgens zonder te veel te betalen opnieuw in de EU invoeren.

In het derde land mag de ontvanger de goederen bijvoorbeeld bewerken, repareren of assembleren. Het is niet nodig dat de goederen in dezelfde staat als bij uitvoer worden teruggestuurd. Op deze manier kunnen bedrijven productie in een derde land laten plaatsvinden zonder volledige invoerrechten over het gehele product te betalen.

Alleen betalen over toegevoegde waarde

Wanneer goederen worden geproduceerd in het derde land en vervolgens worden wederingevoerd in de EU, dan worden de invoerrechten en omzetbelasting bij invoer berekend over de toegevoegde waarde. De veredelingskosten in het derde land worden gebruikt als basis voor de berekening van de rechten.

Stel, de statistische waarde – de waarde bij uitvoer – van de uitgevoerde Uniegoederen is EUR 15.000. De waarde van de wederingevoerde goederen is EUR 35.000. Over de toegevoegde waarde, in dit geval EUR 20.000, moeten invoerrechten en omzetbelasting bij invoer worden berekend. Deze berekening is van toepassing wanneer een ad valorem invoerrecht van toepassing is. Bij een ad valorem invoerrecht worden de invoerrechten berekend op basis van de waarde van de goederen.

Als op de goederen een specifiek invoerrecht van toepassing is, dan geldt een andere berekening. In dat geval berekent u eerst de douanewaarde van de veredelingsproducten, stelt u de statistische waarde vast van de uitgevoerde producten en vervolgens berekent u het invoerrecht dat van toepassing is op de veredelingsproducten. De verhouding invoerrecht per euro aan waarde vermenigvuldigt u vervolgens met het verschil tussen de douanewaarde en de statistische waarde.

Een praktisch voorbeeld. De statistische waarde van de uitgevoerde goederen is EUR 10.000. De waarde van de veredelingsproducten die worden wederingevoerd is EUR 20.000. Het invoerrecht (specifiek) is EUR 5.000. De verhouding invoerrecht (EUR 5.000) per euro waarde (EUR 20.000) is EUR 5.000 / 20.000 = 0,25. Dit bedrag vermenigvuldigt u met het verschil tussen de waarde van de ingevoerde goederen en de uitgevoerde goederen (EUR 20.000 – EUR 10.000 = EUR 10.000). Het resultaat is EUR 10.000 x 0,25 = EUR 2.500. Het invoerrecht over de toegevoegde waarde is EUR 2.500.

Het komt ook voor dat de goederen gratis worden gerepareerd in het derde land. Als deze reparatie plaatsvindt op grond van een garantieverplichting, een fabricage- of materiaalfout, dan hoeven geen invoerrechten te worden afgedragen.

Voorwaarden

Een belangrijke voorwaarde voor het plaatsen van de goederen onder de regeling passieve veredeling is het hebben van een vergunning. Deze vergunning wordt doorlopend of eenmalig afgegeven. Voor eenmalig gebruik van de regeling actieve veredeling kunt u een vergunning op aangifte aanvragen. Voor herhaaldelijk gebruik van de regeling vraagt u een doorlopende vergunning aan. De doorlopende vergunning vraagt u aan via het EU Trader Portal.

Vanaf uitvoer tot aan het wederinvoeren van de goederen moet de Douane de goederen kunnen volgen. In uw administratie moet nauwkeurig worden bijgehouden welke goederen zijn uitgevoerd, met welke douaneaangifte de goederen zijn uitgevoerd, waar de goederen zich bevinden, welke bewerking ze hebben ondergaan en met welke douaneaangifte de goederen zijn wederingevoerd en welke heffingsgrondslagen (classificatie, waarde en oorsprong) van toepassing zijn.

Aanzuiveringstermijn

De goederen moeten binnen een vooraf vastgestelde termijn worden wederingevoerd. Deze termijn is opgenomen in de vergunning passieve veredeling en wordt de aanzuiveringstermijn genoemd. Deze termijn is strikt. Als de goederen na verstrijken van de aanzuiveringstermijn in het vrije verkeer worden gebracht, dan ontstaat een douaneschuld over de hele waarde van de goederen, niet alleen over de toegevoegde waarde.

Haalt u de aanzuiveringstermijn niet? Dan kunt u de Douane verzoeken om de termijn te verlengen. Er moet wel sprake zijn van een gerechtvaardigde aanvraag. De gerechtvaardigde aanvraag kan zelfs worden ingediend na verstrijken van de termijn. Voorbeelden van een gerechtvaardigde situatie zijn uitval van bepaalde machines of een staking in het derde land.

Uitwisselingsverkeer

Het is – onder bepaalde voorwaarden – mogelijk om niet-Uniegoederen (goederen uit derde landen) te gebruiken in plaats van Uniegoederen voor de regeling passieve veredeling. Wanneer goederen worden ingedeeld onder dezelfde 8-cijferige GN-code, dezelfde handelskwaliteit hebben, dezelfde technische kenmerken hebben als de Uniegoederen én dit is opgenomen in uw vergunning, kunt u niet-Uniegoederen wederinvoeren in plaats van Uniegoederen.

Wanneer u daarvoor toestemming van de Douane hebt (in uw vergunning) zou u zelfs niet-Uniegoederen kunnen invoeren en vervolgens pas later de Uniegoederen kunnen uitvoeren (en daarmee onder de regeling passieve veredeling kunnen plaatsen. Dit wordt uitwisselingsverkeer met voorafgaande invoer genoemd. In de praktijk komt bijvoorbeeld voor dat elektronica wordt gerepareerd in een derde land. Om de eigenaar van de goederen niet te lang te laten wachten, wordt vervangende elektronica alvast naar de EU gestuurd. De te repareren elektronica wordt dan later (maar uiterlijk binnen twee maanden) naar het derde land gestuurd.

Het toepassen van de regeling passieve veredeling met uitwisselingsverkeer én voorafgaande invoer luistert nauw. Het is van groot belang dat u uw processen en administratie goed inricht. De maximale termijn om de goederen alsnog uit te voeren is twee maanden. Uw proces moet dus goed op orde zijn om de regeling op deze manier toe te passen.

Conclusie en meer informatie

Met passieve veredeling kunt u reparatie, bewerking en/of productie buiten de EU laten plaatsvinden en – bij wederinvoer – hoeft u enkel invoerrechten over de toegevoegde waarde (buiten de EU) te betalen. Het toepassen van de regeling zorgt echter ook voor bepaalde verplichtingen. Gebruikt u deze vergunning, maar bent u er niet zeker van of u alles onder controle hebt? Wij voeren graag een risicoanalyse voor u uit. Voor vragen of opmerkingen kunt u contact opnemen met Samantha Zwart-Speelman.

Hoewel aan de totstandkoming van deze uitgave de uiterste zorg is besteed, aanvaardt Customs Knowledge geen aansprakelijkheid voor eventuele fouten en onvolkomenheden, noch voor de gevolgen hiervan. Dit artikel is niet bedoeld als een specifiek advies. Zie in dit kader ook de Algemene Voorwaarden van Customs Knowledge BV.